Een voice-over is vaak een slechte noodgreep in films. Om verhaallijnen aan elkaar te knopen die niet op een normale manier in elkaar passen. Van God Los, de film over de moorden van de Bende van Venlo, is een van de weinige voorbeelden waar de voice-over wel werkt. Omdat de kijker via de stem in het hoofd van Sammy kan kijken, de meeloper die achter de stoere bendeleider Frenkie aanloopt.
Ook in Million Dollar Baby spreekt de voice-over. Maar deze keer werkt het niet. En het is niet het enige dat niet werkt in deze film, die toch de belangrijkste Oscars van 2005 won.
De rolprent gaat over Frankie, gespeeld door regisseur Eastwood. Hij heeft een boksschool, waar op een dag Maggie (Hillary Swank, eerder bekroond voor haar rol als transseksueel in Boys Dont Cry) binnen komt lopen. De 31-jarige serveerster wil weg uit de anonimiteit, de boksring in.
De stugge Frankie, in zichzelf gekeerd mede omdat hij geen contact meer heeft met zijn enige dochter, weigert eerst zich over haar te ontfermen maar doet het uiteindelijk wel. Als ware het zijn eigen dochter.
Het is inderdaad voorspelbaar. Net zo voorspelbaar is het dat Maggie succes krijgt. De choreografie van de boksscenes is echter lachwekkend amateuristisch en onecht.
De film wordt pas interessant als de American Dream wordt verstoord. De platgetreden paden worden verlaten, Swank laat ineens zien dat ze terecht een Oscar kreeg voor haar vertolking en de karakters van haar en Eastwood ontwikkelen zich ineens. Maar het is te laat om Million Dollar Baby te redden: het is een film voor de weinig verfijnde smaak van het grote publiek.