Het is een mooie graadmeter voor aankomende muziek: The Sound of 2010, de jaarlijkse lijst van de BBC waar de omroep bij mensen die het kunnen weten te rade gaat wat ‘hot’ gaat worden in het nieuwe jaar. In het verleden stonden Adele, Mika en White Lies al op die lijst. Dit jaar bestaat de top-drie uit Ellie Goulding, Marina and the Diamonds en Delphic. Die laatste heeft net zijn debuutplaat Acolyte uitgebracht. En de kwaliteit daarvan stemt hoopvol voor de andere twee acts.
Het trio uit Manchester doet dankzij de retestrakke ritmes denken aan plaatsgenoten New Order. De band is vooral onvervalst Brits dankzij de articulatie van zanger James Cook. En de liedjes die door de synths van Richard Boardman gedragen worden, lijken soms geleend van Faithless.
Eigenzinnig
Maar de combinatie van die drie elementen is eigenzinnig genoeg om Delphic niet van nepotisme te hoeven beschuldigen. Acolyte is glad genoeg om een massapubliek aan het dansen te krijgen en indie genoeg om rabiate muziekliefhebbers te kunnen boeien.
Dat lukt overigens nog niet een hele plaat lang. Want het drietal, live meestal aangevuld door Dan Hadley op drums, is af en toe nog te lief en gemakzuchtig. Neem Halcyon: het neigt af en toe naar eurodisco a la The Shamen. Gelukkig eindigt dat nummer nog wel in een heftige climax, maar andere songs ontberen zelfs dat toetje.
Goed raak
Als het allemaal klopt, is het echter meteen goed raak. De heren hebben namelijk een goed gevoel voor compositie en opbouw. Doubt bijvoorbeeld begint met een laagje synths, een voorzet die in het tweede deel van het nummer wordt binnengekopt door een venijnig gitaarlijntje. Of wat te denken van het titelnummer, een negen minuten durend instrumentaal toonbeeld van subtiel dansbare gelaagdheid.
Meesterwerk is echter single Counterpoint. Cook laat eindelijk eens de remmen ook vocaal volledig los, we zien geen enkel festivalpubliek niét plat gaan voor deze dansklassieker in spé Meteen boeken svp voor Lowlands.