Films over de Tweede Wereldoorlog blijven een vreemd fenomeen. Bijna altijd lieten ze tot nu toe het drama zien vanuit het gezichtspunt van de overwinnaar, of vanuit dat van de joodse slachtoffers. Pas in het laatste decennium verschijnen films waarin vanuit Duits perspectief wordt gefilmd. Der Untergang toonde de laatste uren van Hitler zelf bijvoorbeeld, en leverde zo een bijdrage aan de verwerking door het Duitse volk. Binnenkort verschijnt Das Weisse Band, van meesterregisseur Haneke, over de voedingsbodem van twee wereldoorlogen.
John Rabe wil nu tonen dat niet alle Duitsers in de Tweede Wereldoorlog slecht waren. Een tamelijk ambitieus en nobel streven, dat subtiliteit vereist. Daaraan ontbreekt het regisseur Florian Gallenberger, terwijl hij over prachtig basismateriaal beschikte.
Veiligheidszone
Rabe, naar wie de film genoemd is, was 27 jaar lang directeur van een Siemens energiecentrale in de Chinese stad Nanking. Hij werd in 1937 vervangen door een SS’er die de fabriek moest sluiten. Maar voordat hij dat kan doen, vallen de Japanners aan.
Rabe (Wikipedia) werd vervolgens tegen wil en dank voorzitter van een comité, dat met instemming van de Japanse bezetter een veiligheidszone kon inrichten waarmee uiteindelijk 200 duizend levens gered konden worden. Berooid en anoniem keerde de oud-directeur uiteindelijk terug naar het vernietigde Berlijn, waar hij in 1950 stierf. Zijn dagboeken werden pas later gevonden.
Alle remmen los
Het vertoont grote gelijkenissen met het verhaal van Oskar Schindler. Dat inspireerde Steven Spielberg tot het prachtige, ingehouden Schindler’s List.
Maar in John Rabe weet de regisseur vanaf het begin geen maat te houden. Met name de soundtrack zwelt bij elk spannend moment aan en verwordt zo tot een hoogst irritante factor. Less is more is niet voor niets een veelgeciteerd adagium.
Hetzelfde geldt voor het geweld. De doden vallen met bosjes tegelijk, en elke keer weer zwenkt de camera over de lijken heen. Als de Japanners tegen de afspraken in burgers uit de veiligheidszone onthoofden, doen ze dat met tientallen tegelijk en toont Gallenberger alle hoofden.
In balans
Alleen in het derde kwart is John Rabe in evenwicht. Het is geen toeval dat de geluidsband dan even zwijgt. Heel even vallen er weinig doden en is er ruimte voor de acteurs om na te denken over wat er gebeurt en welke keuzes ze moeten maken. Daarna valt de film terug in scherpe tegenstellingen, in goed en kwaad dat helder gedefinieerd is. Alsof alleen zwart en wit bestaan, en geen grijs. De Duitsers zelf weten maar al te goed dat dat niet zo is.