Het was maar een kort persberichtje. ‘Bruce Springsteen niet in stadion maar in hal’, was de boodschap van de Belgische organisator. Het publiek blijkt niet meer massaal warm te lopen voor The Boss. Dus werd het concert van het Koning Boudewijn Stadion in Brussel verplaatst naar het Sportpaleis in Antwerpen.
Fields of Rock, een relatief nieuw Nederlands festival, werd onlangs ook gecanceld. De Rolling Stones lukte het recentelijk niet om de Amsterdam Arena uit te verkopen. Natuurlijk, het kan toeval zijn: stadionvullende acts als U2, Muse en Coldplay zijn volop bezig met nieuw materiaal op te nemen. Het kan dus een tijdelijke dip zijn. Aan de andere kant: ook die drie acts lopen minstens tien jaar mee in het wereldje. Welke nieuwe groepen van de laatste, pak ‘m beet, vijf jaar zouden nu een stadion kunnen vullen?
Mijns inziens heeft het alles te maken met de fragmentatie van het medialandschap. Vroeger luisterde Nederland massaal naar Hilversum 3, later 3FM. Door de commerciële radiozenders is het marktaandeel dramatisch gedaald. Het is steeds moeilijker om een artiest bij een groot publiek te introduceren. Het internet maakte het er niet makkelijker op: sites als Last.FM zorgen ervoor dat luisteraars hun persoonlijke radiostation kunnen samenstellen.
Nou heeft laatstgenoemde wel als positieve bijdrage dat de intelligente machine ook bruikbare suggesties doet voor nieuwe plaatjes, gebaseerd op het luistergedrag van de gebruiker en zijn vrienden. Ook kunnen vrienden elkaar attenderen op interessante nieuwe bands. Maar het blijft zich allemaal op microniveau afspelen. Een hit als ‘Born to run’ van Springsteen is niet meer eenvoudig te lanceren. Probeer maar eens alle radiostations en MTV achter je te krijgen. En zelfs dat garandeert geen massaverkopen meer.
Deze ontwikkeling is belangrijker voor online journalistiek dan menigeen denkt. De rol van recensenten als signaleurs is weliswaar langzaam uitgespeeld aan het raken: onderzoek wijst uit dat consumenten eerst het oordeel van vrienden vertrouwen, daarna suggesties van zoekmachines natrekken en pas daarna recensies raadplegen. Maar juist online is er behoefte om al die verschillende opinies te integreren. Om de massa enigszins bij elkaar te brengen. Nu zit iedereen bij MySpace of Last.FM, en een beetje bij YouTube. Grote mediabedrijven kunnen daar kun onafhankelijke deskundigheid aan toevoegen. Het geeft ze meteen de kans om een veel jongere doelgroep te bereiken. En dat schijnt ook nog een interessante markt te zijn voor adverteerders.